Bart Nikkels
Op zoek naar de...Tib
De Chinese provincie Tibet heeft een mysterieus karakter en een grote aantrekkingskracht op de reiziger op zoek naar eigenzinnige cultuur. Nu is het feit dat geen buitenlandse toerist wordt toegelaten in Tibet zonder "permit". En deze "permit" is alleen te verkrijgen als jouw reis door Tibet georganiseerd wordt door een reisorganisatie welke bepaalt wat wel en wat niet bezocht mag worden. Zelf vind ik dit geen prettige manier van reizen en heb ik gekozen om de Tibetaanse cultuur te gaan ontdekken in de plaatsen welke zonder "permit" te bezoeken zijn. Één van deze plaatsen is Litang, een kleine stad gelegen in de provincie Sichuan. De stad ligt op 4000m hoogte tegen de grens van Tibet aan. Om hier te komen zul je verschillende bussen moeten nemen vanuit Chengdu wat zo'n 15 uur kost. Mijn advies is om een stop te maken in Kangding wat gelegen is op een hoogte van 2600m. Door hier één of meerdere nachten te verblijven zul je wat aan de hoogte wennen alvorens door te gaan naar Litang. In Kangding zie je trouwens de Tibetaanse cultuur al toenemen in het straatbeeld. Ook de restaurants serveren gerechten uit de Tibetaanse keuken, veel mannen lopen in de typerende donkerrode kleding en vrouwen dragen kleurrijke linten in hun haar. Vanuit Kangding kun je met de bus naar Litang welke je door de prachtigste passen leidt met de mooiste uitzichten. Eenmaal in Litang heb je het idee dat je het drukke lawaaierige China achter je hebt gelaten. Het plaatsje is niet veel meer dan een aantal winkelstraten met restaurants en een plaatselijke markt waar Jak vlees volop verkocht wordt. En natuurlijk heeft deze Tibetaanse plaats een groot en mooi klooster waarvan de goudkleurige daken schitteren in de zon. Litang is een stad met 2 gezichten. Wanneer je door de straten loopt merk je dat de Chinese overheid probeert de traditionele Chinese cultuur opdringt. Overal hangen Chinese vlaggen (echt overal) en er is veel politie op straat aanwezig. Daarentegen zul je merken dat de lokale mensen enorm vriendelijk zijn en je regelmatig gedag zeggen. Hier in Litang heb je het gevoel dat je in Tibet bent zonder dat een gids je probeert de andere kant op te laten kijken. De vriendelijkheid van de mensen en de hoogte van 4000m geven je het gevoel even ontsnapt te zijn aan de drukte van de Chinese steden.
Op bezoek bij de..."r
Mongolië, het land van uitgestrekte vlaktes en onverharde wegen. Mongolië heeft 3mln inwoners waarvan er 1,5mln in Ulaanbaatar leven. Dit houdt in dat je weinig mensen tegen gaat komen wanneer je de stad verlaat en het achterland van Mongolië in trekt. Vanuit UB (Ulaanbaatar) is het eenvoudig om excursies naar de Gobi woestijn te maken of naar de nationale parken rondom de stad. Vanwege de relatief korte reistijd naar deze bestemmingen zul je hier ook redelijk wat toeristen tegenkomen. Wanneer je dit niet wilt en je meer tussen de lokale bevolking wilt begeven is het de moeite waard om het westen en het noorden van dit uitgestrekte land te bezoeken. Zelf heb ik gekozen voor het noorden, tegen de Russische grens aan. Vanaf UB ben ik met de bus naar de plaats Mörön gereisd. Deze rit duurde 15uur en gaat deels over een onverhard stuk weg. Er wordt momenteel gewerkt aan een asfaltweg dus in de toekomst zal het wel wat sneller gaan. Vanuit Mörön ben ik met een gids en een 4x4 wagen het ruige noorden ingetrokken. Hier zijn geen asfaltwegen en is een 4x4 in mijn ogen noodzakelijk. Na 7uur rijden, door de meest prachtige landschappen, komen we aan in de plaats Ulaan-Uul. Dit dorp heeft een aantal kleine supermarkten, een school en gelukkig ook een gemeenschappelijk badhuis. De volgende morgen vertrekken we vroeg richting de plaats Tsagaannuur (witte meer). De rit zal ongeveer 5 uur duren en het landschap zal veranderen van uitgestrekte graslanden en glooiende heuvels, naar steilere bergen en bosachtig gebied. Aangekomen in dit kleine dorp moet er een vergunning geregeld worden om het grensgebied te betreden waar de rendierherders leven. Deze mensen trekken met hun rendieren rond in de bergen tussen Mongolië en Rusland. Voor mij is een afspraak gemaakt met een familie om een nacht bij hen te verblijven. Om de familie te bereiken zal de 4x4 ingeruild moeten worden voor een klein maar sterk Mongools paard. Eenmaal in het zadel volg ik een lokale gids de bergen in op zoek naar de nomaden familie. De rit duurt ongeveer 3 uur en brengt mij de berg op dwars door dichte naaldbossen en moerasachtige graslanden. Eenmaal aangekomen bij de tenten maak ik kennis met de familie. Man, vrouw en dochter van 10 jaar. Deze vriendelijke mensen ontvangen mij hartelijk en laten zien hoe eenvoudig maar zwaar het leven in de natuur is. Zij hebben niets anders dan een tent met spulletjes, 40 rendieren en elkaar. Het eten, drinken en veel van het materiaal is afkomstig van de rendieren. Ik krijg soep van rendiervlees en brood met rendierboter en stukjes rendierkaas. Ook de thee is voorzien van een flinke scheut rendiermelk. Mijn nacht breng ik door in een 2e tent welke voornamelijk gebruikt wordt voor opslag van spullen, maar voor deze gelegenheid is er ruimte gecreëerd voor een gast. 's Nachts is het koud en ben ik blij met het extra deken dat ik heb gekregen. De volgende morgen ontbijt ik met de familie mee met wat brood met boter en kaas onder het genot van een warme kop thee met rendiermelk. Ik kijk de ochtend met de familie mee hoe het houden van de rendieren in zijn werk gaat en rond de middag stijg ik weer op het paard om mijn weg terug naar de auto te beginnen. De afdaling van de berg gaat iets sneller dan omhoog. Na 2 uur zit ik dan ook weer in de wagen en begint de terugweg naar Ulaan-Uul. Wederom brengen we hier de nacht door om de volgende dag richting het grootste meer van Mongolië te rijden (Hövsgöl nuur). Dit meer is populair onder de Mongoolse toeristen en in de plaatsen aan het meer zijn dan ook de nodige hotels en guesthouses te vinden. Ik heb mijn nacht doorgebracht in een soort van vakantiehuisje. Hiervandaan heb ik nog een rondvaart over het meer gedaan en die middag mijn reis voortgezet terug richting Mörön. Het was een prachtige ervaring om het idee te hebben zo ver van de bewoonde wereld af te zijn. Het landschap in Mongolië is prachtig en het gevoel dat er zo weinig mensen om je heen zijn is fantastisch.
Beklim een vulkaan
Wanneer je in Guatemala bent zul je een aantal locaties niet overslaan. Een bezoek aan Antigua zal dan ook zeker op de planning staan. Wanneer je in deze koloniale en kleurrijke stad rondloopt zullen er diverse excursies worden aangeboden. Ook het beklimmen van de 'legendarische' vulkaan Acatenango. De top van deze vulkaan, welke vlak naast de beruchte en actieve Volcàn de Fuego ligt, bevind zich op zo'n 3800m hoogte. De klim naar de top wordt verdeeld over 2 dagen zodat je een overnachting hebt op de flank van deze zwarte reus. Vanaf de weg start de klim tussen de gewassen mais en bonen door. Elke stap omhoog zakt weer een halve terug in het losse vulkaan zand. Na een uur of 2 bereik je een compleet andere omgeving en zal de klim steiler worden. Je bevind je nu in een benauwd tropisch bos waar het pad je in haarspeldbochten omhoog brengt. Tegen de avond wordt de boomgrens bereikt en wordt het kamp opgeslagen op een vlak gedeelte tussen rotsen en wat laatste struiken. Hier wordt de nacht doorgebracht. Matrassen of luchtbedden zijn niet aanwezig. De slaapzak biedt, samen met het tentzeil, de enige bescherming tussen de scherpe keien en je rug. De volgende morgen kun je genieten van een opkomende zon boven het bergachtige gebied. Na een klein ontbijt gaat de klim verder richting de top. Al na 15 minuten is er geen boom of plant meer te zien en is de enige beschutting tegen de felle wind af en toe een grote rots waar je achter kunt duiken. Na een aantal uur door het zwarte vulkaan zand te ploegen wordt dan eindelijk de top bereikt. Hier, boven de wolken, is het alsof je op een andere planeet bent. Een enorme uitgebluste krater waar je omheen kunt lopen en aan alle kanten van het uitzicht kunt genieten. Ook kun je de nog altijd actieve Volcàn de Fuego zien roken en af en toe spuugt hij nog wat oranje spetters de lucht in. Hierna volgt de, minder intensieve, weg naar beneden. Deze wordt binnen 2uur afgelegd. Eenmaal beneden verlang je naar een zachte matras om de indrukken aan de binnenkant van je ogen te verwerken. De tocht was zwaar maar alle inspanning wordt ruimschoots beloond.
Bezoek aan PETRA...Jo
Voor een bezoek aan PETRA raad ik aan minimaal 2 dagen in te plannen. Petra is een enorm groot wereld wonder waar zoveel te zien is dat het in 1 dag niet te doen is. Wanneer je aankomt bij het meest bekende en drukke bouwwerk "the treasury" zul je deze van bovenaf willen zien. Dit kan op 2 manieren, de korte weg, betaald en, de lange weg, gratis en veel mooier. Zorg er ook voor dat je de klim naar het grootste bouwwerk "the monastery" maakt. Het kost wat inspanning maar zeker de moeite waard. En vergeet niet een gesprek aan te gaan met de mensen bij de winkeltjes onder het genot van een lekker glaasje thee.